Huub Gilissen 2015 afgestudeerd

Ergens rond mijn twaalfde verloor ik mijn interesse in tekenen. Mijn kinderlijke droom om als kunstenaar hele mooie spannende werken te maken werd verdrongen door allerlei zaken die een puber van twaalf belangrijker vindt dan kunst. Pas op mijn veertigste werd het vuurtje weer aangewakkerd.
Diverse cursusjaren bij Artibus in Utrecht, de Werkschuit in Zeist en vele jaren vrije ateliers bij diverse kunstenaars volgden. Dit bracht mij echter niet de voldoening en verdieping die ik zocht. Ik ontwikkelde me niet zoals mij dit voor ogen stond.
Op 28 augustus 2009 ontdekte ik echter bij toeval in het NRC een advertentie van de Nieuwe Akademie Utrecht. De ontwikkeling tot autonoom kunstenaar en van eigen beeldtaal staat bij de NAU centraal en dit was nou precies wat ik zocht. Op 5 september was er een open dag en kon je eigen werk meenemen voor een toelatingsgesprek. De advertentie sprak me aan. Ik wilde meer serieus met kunst bezig zijn en dit leek me dus wel de kans om naast mijn fulltime baan aan mijn passie te werken. Het leek me een goede basis voor mijn „volgende carrière” (ik werd die maand 56). Het was best spannend om voor het eerst op die manier mijn werk te laten zien. Ik ging eigenlijk zonder verwachting naar de open dag en had het idee dat ik binnen een uurtje wel wist waar ik aan toe was.


Helaas de hele kantine van het Nimeto-gebouw zat vol. Dit maakte meteen een grote indruk op me. Ik was na een aantal uren pas aan de beurt, maar kon in de tussentijd het werk van studenten bekijken en met studenten praten over de NAU. Vervolgens het intakegesprek. Jans Muskee liep langs mijn werk en concludeerde gelijk dat ik „wel vast zat”. Of ik wel genoeg tijd had voor de opleiding? Ik vertelde hem mijn plan voor de toekomst en werd gelukkig positief bevonden en hoorde na het weekend dat ik kon starten. Dat was het begin van een mooie reis, die ik niet had willen missen. Een reis waarvan ik toen niet bevroedde wat dat inhield.

De eerste twee jaren van de opleiding vormen de basisjaren. Naast de lessen heb je werkbesprekingen en de bedoeling van deze twee jaren is dat je vooral veel experimenteert. Je gaat veel andere materialen gebruiken en wordt hierdoor in de breedte gevormd. Het is vooral ook veel loslaten wat je conditioneert en dat is in mijn geval niet simpel. “Je gaat het pas zien als je het door hebt” om een veel geciteerde uitdrukking van een bekende Amsterdammer te gebruiken. Daar gaat het dus helemaal om. Niet de techniek staat centraal, maar de ontwikkeling van je beeldende kwaliteit. Dat was wel even wennen. De werkbesprekingen waren dan ook weer iedere keer een proces van zelfonderzoek, frustratie, twijfel en soms ook het nodige chagrijn. Ik vroeg me herhaaldelijk af of dit het wel waard was. Maar toch was er iedere keer ook weer dat lichtpuntje dat ervoor zorgde dat ik voldoende energie bij elkaar kon rapen om me ’s avonds weer op te sluiten in mijn atelier en aan de slag te gaan.
Meer relaxed en gezellig zijn de excursies die je samen met de NAU maakt. Naar Duitsland, België en natuurlijk ook in Nederland. Een bijzondere plaats neemt daarbij Venetië in, de Biënnale. Ik verwijs daarvoor graag naar een verslag over de laatste trip naar Venetië.

Aan het einde van de twee basisjaren wordt bepaald wie deel mag nemen aan het academisch programma van drie jaren. Heel spannend kan ik jullie vertellen. Haal ik het wel of niet en wie gaat er wegvallen. Veel verdriet, soms ook een beetje boosheid, bij de teleurgestelden en natuurlijk blijdschap bij de ‘uitverkorenen’.
Gelukkig hoorde ik bij de laatsten en ben vol goede moed aan het academisch programma begonnen. Dat proces van drie jaar kan ik het beste omschrijven door een vergelijking te maken met de oude vorm van de springprocessie van Echternach. Drie stappen vooruit en twee terug. Vanwege de chaos die dit veroorzaakte is dit in Echternach afgeschaft (in 1947 nota bene). Op de academie echter niet en ik kan jullie vertellen dat de chaos in mijn hoofd van tijd tot tijd vergelijkbaar was. Feit is dat je netto een stap vooruit kunt komen, maar de chaos blijft nog wel even nadreunen. Geleidelijk merk je pas hoe belangrijk dit proces is en waar het toe leidt. Het is een kwestie van stug volhouden en door blijven werken en dat vereist discipline.

Het derde en vierde jaar is een combinatie van lessen en werkbesprekingen. Hierbij staat je eigen ontwikkeling centraal. Stap voor stap ontdek je wat je fascineert en hoe jij dit beeldend tot uitdrukking wilt brengen. In de werkbesprekingen moet dit dan tot uiting komen.
In het vierde jaar moet je ook een scriptie afronden. Die scriptie behandelt één of meerdere onderwerpen in de kunst en/of kunstenaars in relatie tot je eigen ontwikkeling als kunstenaar. Het schrijven is een bijzonder proces. Je wordt namelijk gedwongen om meer expliciet te maken waar je werk over gaat en dat leidt niet alleen tot een aanscherping van je onderzoek, maar helpt je ook in de ontwikkeling van je werk. Ik vond zelf mijn bezoek aan Esther Tielemans, als onderdeel van het schrijven van de scriptie, heel erg leerzaam.
Alle jaren van het academisch programma worden afgesloten met een soort van beoordeling voor de laatste werkbespreking. En in de laatste werkbespreking wordt dan bepaald of je door mag naar het daarop volgende jaar. Spannend was dat, elk jaar weer. De stap van het vierde naar het vijfde helemaal.

Het vijfde jaar is het jaar dat je afsluit met de eindexpositie en dus de afronding van de opleiding. Ik heb het vierde jaar één keer overgedaan. Daar ben ik achteraf heel erg blij mee omdat mij dit heel veel heeft gebracht in de ontwikkeling van mijn werk. Op deze site kun je in een apart verslag meer lezen over het vijfde jaar en de eindexpositie.
Met heel veel toewijding van de docenten ben ik begeleid tot waar ik nu sta. Als ik terugkijk is het indrukwekkend hoe je zonder al te nadrukkelijke sturing je ontwikkeld.
De opleiding vereist discipline, toewijding en energie van jezelf en je omgeving. Ook die wordt er namelijk mee geconfronteerd. De opleiding heeft me veel gebracht en kunst heeft een niet meer weg te denken plek in mijn leven gekregen. Met een tevreden gevoel sluit ik een mooie opleiding af en ik hoop dat nog velen dit in de toekomst ook zo mogen ervaren.

Huub Gilissen, september 2015

Scroll naar boven