Excursie Wuppertal en Essen 25 november 2017

Om negen uur exact vertrok de bus voor de excursie op weg naar de tweede opstapplaats in Arnhem en verder naar het Ruhrgebied.
Heen en terug is het alles bij elkaar zo’n 6 uur rijden. Maar de reis is minstens zo belangrijk als de musea zelf. De resultaten van de werkbesprekingen worden geëvalueerd, onzekerheden, nieuwe ontdekkingen, vorderingen, en zelfs onbeantwoorde liefdes en huiselijke besognes worden besproken. Traditiegetrouw waren er bekertjes koffie en thee, koeken, mandarijnen en krentenbollen, geserveerd door onze dienstbare docenten.
Het eerste reisdoel betrof Skulpturenpark Waldfrieden in Wuppertal. We hadden niet gerekend op een stevige klim naar de ingang van het park, maar eenmaal binnen wachtte ons een mooie rondleiding langs het werk van voornamelijk Tony Cragg. Het park en de villa Waldfrieden behoorden ooit toe aan de Duitse industrieel Kurt Herberts. Vanaf 1989 raakte het volledig in verval.
In 2006 kocht Gragg het park. De villa werd gerestaureerd en er werd onder meer een expositieruimte met veel glas gebouwd.

In deze ruimte begon onze rondleiding met het werk van Imi Knoebel. (niet te verwarren met het typisch oostenrijks/duitse gerecht Knoedel). Knoebels installatie “Raum 19” is een minimalistisch werk van grote kisten, kasten en dozen in eenzelfde kleur op een prachtige manier in de ruimte gerangschikt. De enorme lichtinval is getemperd door de glasoppervlakken te bestrijken met half doorlatende kalkachtige verf, hetgeen ik als een wezenlijk onderdeel van de presentatie ervaarde.

Buiten zijn voornamelijk beelden van Tony Gragg te zien (negentien in aantal). De man heeft het park gekocht om er te kunnen werken en zijn beelden te plaatsen.
Opvallend aan de beelden zijn de ronde en organische vormen. Hij gebruikt voornamelijk zandsteen, brons en (fel glimmend) staal. De meeste beelden zijn in de oorspronkelijke materiaalkleuren uitgevoerd, maar in enkele gevallen gepatineerd met grafiet en in een latere periode in fel geschilderde kleuren.
Gragg heeft zijn werk groepsgewijs geordend. De “early forms” zien er uit als gevouwen vormen, alsof er kommen en flessen aan elkaar zijn geplakt en zie je in elk werk een meanderende gleuf, een soort goot die door en over het hele werk loopt.
Een tweede groep zijn de gestapelde vormen (denk aan de lessen van Guda) in zandsteen en brons. Points of view zijn drie beelden van gestapelde gezichten die eerder de eyecatcher vormden van de Documenta.
Rond twee uur vertrokken wij naar museum Folkwang in Essen.

Folkwang

Fokwang wordt als het belangrijkste museum gezien van Nordrein-Westfalen en één van de mooiste van de hedendaagse musea (van na 1960) van Duitsland. De vaste collectie bevat werk van o.a. Franse impressionisten en Duitse expressionisten, fotografie en grafiek. Veel is verloren gegaan tijdens het naziregime, maar na de oorlog is een deel weer teruggekocht.
Het museum staat lokaal bekend om spraakmakende exposities. De expositie van de Belgische Catharina van Eetvelde en de zeefdrukken van Troxler vond ik zeer indrukwekkend. Van Eetvelde heeft van haar getoonde werk één grote samenhangende installatie gemaakt in vorm, kleur en techniek, waarin alle onderdelen op een bijzondere manier op elkaar waren afgestemd. Er was ook een tentoonstelling te zien van de Zwitserse fotograaf Balthasar Burkhardt (1944 – 2010).

Als jazzliefhebber konden de grote zeefdrukken van Nicolaus Troxler mij bijzonder bekoren. Op veel affiches zijn vloeiend getekende muzikanten weergeven in allerlei vormen, kleuren en formaten.
Tenslotte was er nog de mooie boekhandel waar menigeen nog iets van haar gading vond.

Peter van Zwol

Scroll naar boven